Havenschepen De Ridder: "Agressie" na Beroep Ineos
De havenschepen van Vlissingen, De Ridder, heeft laten weten dat hij zich "agressief" behandeld voelt door Ineos na het indienen van een beroep tegen de vergunning van de chemiereus voor de uitbreiding van zijn fabriek in Vlissingen.
De Ridder, die verantwoordelijk is voor de veiligheid en het welzijn van de haven, had eerder bezwaren geuit tegen de uitbreidingsplannen van Ineos vanwege de potentiële risico's voor de omgeving en de veiligheid van de haven. Na de toekenning van de vergunning door de gemeente Vlissingen, diende hij een beroep in bij de Raad van State.
"Het is niet acceptabel dat Ineos ons nu beschuldigt van het vertragen van hun plannen en ons zelfs probeert te intimideren," aldus De Ridder. "Wij handelen uitsluitend in het belang van de veiligheid en het welzijn van de haven en haar bewoners."
In een persbericht bekritiseert Ineos de "onnodige vertraging" die het beroep van De Ridder veroorzaakt en beweert het bedrijf dat de uitbreidingsplannen "zeker en veilig" zijn.
De Ridder ontkent deze beschuldigingen. "Onze zorgen over de veiligheid van de fabriek en de impact op de omgeving zijn gebaseerd op onafhankelijk deskundig advies," zegt hij. "Het is onze plicht om deze zorgen te uiten en ervoor te zorgen dat alle nodige veiligheidsmaatregelen worden getroffen."
Het beroep van De Ridder ligt nu bij de Raad van State die uiteindelijk zal beslissen over de vergunning van Ineos.
Deze zaak heeft opnieuw aandacht gevestigd op de potentiële risico's van chemische industrie in dichtbevolkte gebieden. De Ridder's standpunt onderstreept het belang van onafhankelijke toezicht en openbare participatie in besluitvormingsprocessen met betrekking tot de industrie.
"De veiligheid van onze haven en haar bewoners is prioriteit," benadrukt De Ridder. "Wij zullen ons blijven inzetten om ervoor te zorgen dat de uitbreiding van Ineos op een verantwoorde en veilige manier plaatsvindt."
Het is onduidelijk hoe de Raad van State zal oordelen over het beroep van De Ridder. De uitspraak zal waarschijnlijk grote impact hebben op de toekomst van de chemische industrie in Vlissingen en de omgeving.
